De Nieuwe Kantorenrealiteit: waarom 2026–2030 het decennium wordt waarin het kantoor opnieuw wordt uitgevonden

door Claudia van Haeften — Sociëteit Vastgoed

Er zijn momenten waarop de sector in de spiegel zal kijken — niet zozeer om zichzelf te bewonderen, maar om te verkennen hoe de wereld veranderd is.

De deepdive sessie vandaag van Sociëteit Vastgoed bij Work Wire toonde exact dát moment.

De Nederlandse kantorenmarkt maakt een verschuiving door die fundamenteler is dan alle eerdere marktcycli bij elkaar. Niet alleen omdat de economie draait, niet uitsluitend omdat de rente stijgt, en zelfs niet door de sterke naweeën van hybride werken — maar omdat iets wezenlijks zichtbaar is geworden:

Ons gebruikelijke kantoor sluit niet langer optimaal aan op de manier waarop mensen willen werken, denken, voelen en functioneren.

Tijdens deze inhoudelijke sterke deepdive — met sterke en imactvolle bijdragen van WorkWire, RE:BORN REAL ESTATE, Interface, Interalu, Julia en Procos Group  — werd dit door de gedeelde details heel helder. En belangrijker: het werd duidelijk hoe de markt van 2026–2030 eruit zal zien.


1. Het kantoor zoals we het kennen, zal in de toekomst anders werken

De WorkWire-presentatie door Marco sloeg in als een mokerslag. Een kantoor kan architectonisch perfect lijken… en toch energetisch, psychologisch en functioneel falen.

Uit WorkWire’s grootschalige onderzoek bleek:

  • 80% vindt kantoor gehorig
  • 71% mist focusplekken
  • 68% ervaart onprettig licht
  • 63% ervaart gebrek aan privacy

En dan de mentale staat van de moderne medewerker: 20,9% van hoogopgeleide professionals ervaart burn-outklachten. Bij Gen Z zelfs hoger.

Dat betekent: Het kantoor dient in plaats van een werkplaats een beschermde cognitieve omgeving te bieden, waarin het brein niet vecht tegen geluid, licht, temperatuur en prikkels…maar optimaal kan presteren.

WorkWire liet duidelijk zien waarom traditionele kantoorconcepten kunnen falen: niet omdat ze “ouderwets” zijn, maar omdat ze zintuiglijk en psychologisch niet langer kloppen.


2. De gebruiker is veranderd — de sector nog niet

Dit is misschien wel de grootste kloof die in 2025 zichtbaar werd:

Gebruikers functioneren anders, maar gebouwen gedragen zich hetzelfde.

  • Gen Z is hypergevoelig voor sensorische overprikkeling
  • Er is structureel meer behoefte aan focuszones
  • Mensen zoeken ritme, regelbaarheid en autonomie
  • Hybride werken veranderde de manier waarop we cognitief laden en ontladen
  • We leven in de meest prikkelrijke tijd ooit

Daarom zei Marco namens WorkWire treffend:

“Niet wij zijn veranderd.
Onze hersenen zitten nog steeds in 1960.
De wereld is alleen 10.000 keer luider geworden.”

Het kantoor van 2026–2030 dient dus geen activiteitencentrum zijn, maar een brein-intelligent gebouw.


3. Ontwikkelaars en beleggers kijken anders naar waarde

In de deepdive met ontwikkelaars en beleggers kwam één rode draad naar voren:

De toekomstige waarde van een kantoor ligt niet alleen in stenen, maar ook in:

  • gezondheid
  • zintuiglijk comfort
  • circulariteit
  • energie-efficiëntie
  • datagedreven exploitatie
  • adaptiviteit
  • inclusiviteit (DEIB)
  • CO₂-waarde

Dit is geen hypothetische trend — het is realiteit.

Volgens CBRE wordt 30–40% van de Nederlandse kantoren economisch disfunctioneel zonder ingrijpende verduurzaming.

Geen financiering.
Geen waardestijging.
Geen toekomst.

Voor beleggers is ESG geen vinkje meer. Het is een waardesturend principe dat rente bepaalt, risico bepaalt en exit bepaalt.


4. Verhuurders en beheerders dienen opnieuw te kijken

Tijdens onze sessie werd zichtbaar dat traditionele verhuur- en beheerlogica niet langer werkt:

  • Een contract zonder circulariteitsparagraaf? Achterhaald.
  • Een gebouw zonder CO₂-monitoring? Onfinancierbaar.
  • Een kantoor zonder sensorische data? Onvoorstelbaar.

“We moeten leren praten in CO₂ per m², niet alleen in servicekosten per m².”

En met de nieuwe CO₂-heffing op afvalverbranding verschuiven servicekosten, huurdifferentiatie en waardemodellen definitief.

We gaan naar een markt waarin afvaldata, luchtkwaliteit, materialen en energie net zo bepalend worden als m², locatie en huurprijs.


5. Werkplekinvulling wordt emotie-invulling

Wat de sprekers glashelder maakten: de grootste ontwerpkeuzes gaan niet over ruimte, maar over emotie.

Mensen hebben nodig, en wensen:

  • veiligheid
  • voorspelbaarheid
  • autonomie
  • rust
  • licht
  • warmte
  • privacy
  • flexibiliteit

Het kantoor dat voelt als een “sensorische jungle”, daa jaag je medewerkers mee weg. Het kantoor dat ervaren wordt als een “mentale oplaadplek” , dat trekt talent aan.

Experience Based Working (EBW) is hierin de gamechanger: niet de taak staat centraal, maar de beleving die de taak mogelijk maakt.


6. De markt beweegt naar ecosystemen, niet naar gebouwen

De sprekers waren opvallend unaniem: Het kantoor is geen object meer. Het is een ecosysteem.

Met:

  • CO₂-gestuurde installaties
  • circulaire materialen (Interface)
  • klimaatplafonds (Interalu)
  • zintuig-intelligente indeling (WorkWire)
  • community zones (RE:BORN RE)
  • hospitality routing (Procos)
  • data-gedreven optimalisatie (Julia )
  • vastgoedmanagement dat functioneert als gedragswetenschap

Het kantoor van de toekomst lijkt minder op een gebouw en meer op een levend organisme dat energie teruggeeft.


7. RE:BORN Real Estate: waarde ontstaat pas wanneer een gebouw opnieuw betekenis krijgt

RE:BORN confronteerde ons door de indrukwekkende presentatie van Raouf Jarmo met de financiële realiteit: 30–40% van de huidige kantorenvoorraad wordt economisch afgeschreven zonder ingrijpende transformatie.

Maar in plaats van angst schetsten ze als innovator en visionair een nieuw perspectief:

  • Verouderde assets kunnen uitgegroeid worden tot community centers
  • Monofunctionele kantoorobjecten veranderen in levendige stedelijke ecosystemen
  • Leegstand wordt een kans voor woon-work hubs, zorgpleinen en placemaking

Waar traditionele ontwikkelaars renoveren, transformeert RE:BORN de functie, het ritme en de ziel van een gebouw. De voorbeelden van de Pier in Scheveningen en de transformatie met circulaire materialen geeft een voorbeeldfunctie weer, waar we als sector diep respect voor koesteren.

Hun cases laten daarnaast nog één ding zien: serieuze waarde ontstaat wanneer je niet terugbouwt wat was, maar vormgeeft wat nu nodig en gewenst is, en steeds aangepast kan worden aan veranderende behoeften.

8. Interface: circulariteit is geen toevoeging — het is de businesscase

Interface bracht door Janneke Leenaard de duurzaamheidsdimensie opnieuw scherp in beeld.

"De sector praat al jaren over circulariteit, maar te weinig partijen laten zien hoe concreet en krachtig die kan zijn".

Interface toont concreet hoe:

  • circulaire tapijttegels CO₂ besparen alsof het een investeringsproduct is,
  • materialen oneindig te hergebruiken zijn,
  • ESG-prestaties direct doorwerken in beleggersmodellen,
  • en hoe circulariteit tastbare financiële waarde toevoegt aan assets.

Een van hun kerninzichten die zij als beursgenoteerd bedrijf in alle contingenten globaal uitvoeren:

“Materialen zijn niet het probleem — weggooien is dat. Circulariteit is pure waardebescherming.”

De bijdrage van Janneke, vol passie, energie en kennis legde feitelijk een sterke basis voor de komende taxatie- en financieringsmodellen van 2030.

9. Interalu: comfort is een randvoorwaarde voor productiviteit én rendement

Interalu bracht door de kundige en professionele inzichten van Anthony Schrauwen de technische invulling naar een hoger plan. Zijn kennis als partner en kennisexpert in verduurzaming, functionaliteit en comfort werd opnieuw onderbouwd door klimaatplafonds die zij ieder jaar met 600.000m2 aanbrengen en daarmee:

  • energieverbruik met 30–40% verlagen,
  • geluid verminderen,
  • temperatuur stabiliseren,
  • en luchtkwaliteit verbeteren

Hij liet ons zien dat comfort en duurzaamheid partners in waardecreatie zijn. Overduidelijk is dat hiermee helder gesteld werd dat leveranciers vanuit deze expertise de absolute verbinders en noodzakelijke dragers van de ketenintegratie zijn.

Zijn visie:

“Een kantoor dat mensen energie kost, kost de organisatie waarde.
Een kantoor dat energie geeft, creëert waarde.”

Interalu toonde hiermee opnieuw hoe comfort, CO₂, kosten en psychologie één geïntegreerde businesscase vormen.

10. Procos Group: de werkplek van de toekomst is ontworpen op emotie, niet op functie

Procos Group leverde met de gedeelde inzichten van Richard Stoop een radicale stelling: We hebben kantoren ontworpen op activiteiten, maar mensen functioneren op emoties.

Met Experience Based Working en de diepe kennis over:

  • sensorische balans
  • mentale oplaadplekken
  • neurodiversiteit
  • akoestische profielen
  • visuele prikkeldruk
  • cognitieve belasting

maakte hij duidelijk dat de kantooromgeving slechts voor 50% gaat over wat je doet — en voor 50% over hoe je je voelt.

Het werd ons duidelijk: De toekomst is emotiegedreven. Organisaties die dat begrijpen, trekken talent sneller aan dan organisaties die blijven hangen in vierkante meters en strakke bureauschema’s.

11. Julia: data maakt zichtbaar wat gebruikers niet kunnen verwoorden

Julia bracht door de inhoudelijke presentatie van Koen Colvoort de stille revolutie in kaart: de meetbare werkplek.

Met realtime data over:

  • luchtkwaliteit
  • CO₂
  • temperatuur
  • licht
  • geluid
  • bezettingspatronen
  • energieverbruik

creëert Julia een digitale tweeling van het kantoor, waardoor beheerders en verhuurders niet langer “op gevoel” sturen, maar op kennis. De succesvolle projecten als Hotel Jakarta in Amsterdam of de zojuist gewonnen tenders onderbouwden deze stellingen met kracht.

De bijdrage van Koen legde de basis voor de nieuwe waarde-architectuur van vastgoed:

“Je kunt niet verbeteren wat je niet meet.
Vanaf 2026 wordt comfort net zo meetbaar als energie en CO₂.”

De conclusie die niemand omheen kon:

2026–2030 wordt het decennium van de heruitvinding van het kantoor. 

Door de gedeelde inzichten en kennis van de sprekers ontstond één sterk overkoepelend inzicht: De toekomst van kantoren wordt mede bepaald door neurowetenschap en zintuigkunde — en niet langer uitsluitend door vierkante meters en rendement.

Waarom?

Omdat mensen niet kiezen voor:

  • locatie,
  • architectuur,
  • of m²

Ze kiezen voor:

  • rust
  • veiligheid
  • focus
  • autonomie
  • licht
  • lucht
  • akoestiek
  • energie

Gedrag is economie. Welzijn is waarde.

Dit is de meest onderschatte economische drijfveer van 2026–2030. 

De sprekers samen tekenden de waardeformule van de komende tien jaar:

WAARDE = Gezondheid + CO₂ + Comfort + Data + Circulariteit + Gemeenschap + Adaptiviteit

Wie één van deze zeven mist, verliest waarde.
Wie ze alle zeven integreert, wordt absoluut marktleider.

En die heruitvinding kent vijf onontkoombare waarheden:

1. We hebben niet méér, maar betere kantoren nodig.

Gebouwen die gedrag, breinlogica en zintuigen begrijpen.

2. Waarde verschuift naar gezondheid en CO₂.

Prime assets worden duurzame assets.

3. Werkgevers laten thuiswerken als default los.

Cultuur, innovatie en leiderschap vragen om fysieke nabijheid.
Maar niemand komt terug naar een kantoor dat voelt als 2010. Er is dus werk aan de winkel, of liever aan het kantoor.

4. Gebruikersfeedback wordt waardesturing.

Akoestiek, licht, luchtkwaliteit en temperatuur zijn KPI’s.

5. Vastgoed wordt psychologisch, circulair én data-gedreven.

Dat is geen toekomstbeeld — het is een markteis door en voor de gebruikers.


Slotwoord

De kantorenmarkt staat niet voor een renovatie, maar voor een renaissance.

Een die gedreven wordt door: mensen, zintuigen, wetenschap, data, duurzaamheid en waarde.

De conclusie: 2026–2030 wordt het decennium waarin het kantoor opnieuw wordt uitgevonden

Niet alleen omdat de markt dit vraagt.
Niet uitsluitend omdat regelgeving dit afdwingt.
Maar omdat de mens, de economie én de planeet dit nodig hebben.

We hebben betere kantoren nodig: 

Slimmere kantoren.
Gezondere kantoren.
Circulaire kantoren.
Menselijke kantoren.
Zintuigvriendelijke kantoren.
Toekomstbestendige kantoren.

Kantoren die energie geven.
Kantoren die waarde bouwen.
Kantoren die werken vóór de mens.

Eindgedachte

De vraag voor onze sector is niet: “Hoeveel kantoorruimte hebben we nodig?”

Maar: “Wat heeft de mens nodig — en hoe bouwen we daar concreet waarde mee?”

En precies dat is waar Sociëteit Vastgoed, samen met RE:BORN, Interface, Interalu, Procos, WorkWire en Julia, ook vandaag weer met volle kracht op inzette.

Want de toekomst van het kantoor ligt niet alleen in stenen, maar zeker ook in psychologie, circulariteit, technologie, zintuigen en visie.

Sociëteit Vastgoed blijft dit gesprek met energie, kennis en visie leiden, met data en verbinding door het netwerk optimaal te verbinden..

Op 23 januari vervolgen we dit gesprek over de kantorenmarkt die sterk verandert, in Antwerpen. Je bent van harte uitgenodigd!